Beworteling – Terug naar de graswortel
Een betere benutting van nutriënten door het gras verkleint de kans op uitspoeling naar grond- en oppervlaktewater. Wanneer grasland intensiever en dieper wortelt, en daardoor nutriënten zoals stikstof en fosfaat uit de bodem en (kunst)mest beter benut, ontstaat een win-win situatie voor de veehouder en de maatschappij: een hogere grasproductie met een gelijke of lagere bemesting, lagere verliezen naar het milieu, en uiteindelijk betere waterkwaliteit. Nederland telt 1 miljoen ha grasland, ofwel de helft van het totale landbouwareaal (CBS, 2011). De maatregel van een intensievere en diepere beworteling onder grasland heeft hierdoor snel een grote impact op de waterkwaliteit in Nederland. Overigens is deze maatregel ook relevant en vertaalbaar naar andere landbouwgewassen. Een intensievere en diepere beworteling is niet alleen belangrijk voor de nutriëntenopname van het gewas, maar het speelt ook een rol in wateropname, opbouw van organische stof, bodemstructuur, voeding van bodemleven, bodemvorming, beheersing van onkruiden en erosie (zie hoofdstuk 2). In hoofdstuk 3 wordt het meten en monitoren van de beworteling besproken. Managementmaatregelen die kunnen leiden tot een intensievere en diepere beworteling vereisen meestal geen extra investeringen. In hoofdstuk 4 van deze brochure worden de verschillende factoren beschreven die invloed hebben op de intensiteit en diepte van beworteling, en worden maatregelen voorgesteld.
Klik op de afbeelding om verder te lezen!
Terug naar de theorie