Bodempodcast #20 Natuurlijke plaagbestrijding, kali en het bodemleven het werk laten doen
Introductie
In deze aflevering zijn we te gast bij fruitteler Gerrit Verweij- de Geus en adviseur bij CLM Ferdy Tolhoek. Gerrit teelt natuur-inclusief door het toevoegen van heggen en bomen in zijn boomgaard, dit zorgt voor meer natuurlijke roofinsecten tegen plagen. Zoals Gerrit zelf zegt: ‘Niet spuiten, alleen maar monitoren en goed kijken’. Een gezonde bodem is belangrijk voor Gerrit zodat deze gevallen blad en snoeihout opruimen, wat voorkomt dat er schimmels in de bomen kunnen komen. Ook verbetert dit zijn waterhuishouding en levert het bodemleven nutriënten die hij nu niet meer aanvoert middels kunstmest. Luister zelf hoe en waarom Gerrit dit allemaal doet, Ferdy vertelt je of, en wanneer deze maatregelen ook voor andere telers toepasbaar zijn.
Samenvatting
Bodemkundige: Ferdy Tolhoek van CLM
Locatie: Fruitteelt bedrijf van Gerrit Verweij de Geus in Deil
Bodemtype: Kleigrond
Het fruitbedrijf van Gerrit bestaat uit 6 hectare appel boomgaard, 4 hectare peer en daarnaast nog een hectare aan walnoten en een stuk kersen. Gerrit wil graag richting een natuur vriendelijkere fruitteelt met minder chemie. Hij geeft zelf aan dat dat nog een hele uitdaging is maar wel de richting is die hij graag op wil gaan. Door de hoge kosten die gemoeid zijn met de fruitteelt is het wel belangrijk om een mooi en goed product te produceren. Al te veel schade aan het product kan dus niet getolereerd worden en daarom is het belangrijk om het fruit toch goed te beschermen.
Natuurlijke bescherming
Dat beschermen doet hij doormiddel van natuurlijke plaagbestrijding die het met aandacht monitort. Door het verhogen van de biodiversiteit in de boomgaarden trekt hij natuurlijke vijanden van plaaginsecten aan. Het verhogen van de biodiversiteit probeert hij op verschillende manieren te doen, bijvoorbeeld door het aanplanten van heggen en het verschralen van de grasstroken. Door heggen in de boomgaard te plaatsen creëert hij schuilplaatsen voor roofinsecten en remt tegelijkertijd de verspreiding van schimmel sporen door de wind. Het verschralen van de grasstroken zorgt voor een grotere diversiteit in soorten die nu de concurrentie met het gras aan kunnen. Bloeiende planten trekken nu nuttige insecten aan die helpen met het bestrijden van plagen, daarnaast zorgt de verschraling er voor dat het gras minder hoog wat arbeid en diesel bespaart. Door goed te kijken naar de balans tussen plaag en roof insecten zijn een stuk minder gewasbeschermingsmiddelen nodig. Op deze manier is er minder chemie nodig, een feit dat extra relevant wordt nu er steeds minder middelen worden toegelaten.
Bescherming vanuit onder het maaiveld
Naast het verhogen van de biodiversiteit bovengronds richt Gerrit zich ook op wat er onder het maaiveld gebeurt. Waar hij in het verleden grote hoeveelheden Kali strooide in zijn percelen probeert hij dat nu te beperken tot het hoogstnodige. Daarnaast kiest hij voor een minder chloorhoudende variant. Op deze manier probeert hij het bodemleven onder zijn bomen te ontzien. Daarnaast stimuleert hij zijn bodem leven nog extra door het strooien van compost in de zwartstrook en laat hij een deel van het snoeihout liggen. Het leven in zijn bodem levert namelijk ook een belangrijke bijdrage aan het beschermen van zijn bomen. Wanneer de bladeren in het najaar op de grond belanden hoeft hij deze niet te verwijderen om schimmels te bestrijden, het bodemleven werkt deze namelijk onder en verteert het gevallen blad en ruimt de schimmel sporen op. Tot slot zorgt de toegenomen bodembedekking samen met het verhoogde organisch stofgehalte voor een beter waterhuishouding. Hierdoor houdt de bodem voor een langere tijd water vast en hoeft Gerrit minder te irrigeren tijdens droge periodes.